Veelgestelde vragen

Ja. Een eerste consult of intake-gesprek is vrijblijvend. Je krijgt advies over de mogelijkheden en je kunt jouw vragen stellen. Je krijgt aan de hand van het consult een behandelvoorstel en een prijsopgave, zodat je dit kunt overwegen.

Het is moeilijk om een exacte voorspelling van de cupmaat te doen. De cupmaat is afhankelijk van de omvang van de borstkas, het merk van de beha en of je de beha liever strak of wijd draagt. Bezoek drie winkels om je cupmaat te laten opmeten, en je krijgt drie verschillende cupmaten te horen. Cupmaat is daarom geen goede graadmeter. 

Sommige vrouwen zijn bezorgd dat de implantaten te groot zullen zijn. Één jaar na de borstvergroting is er vrijwel niemand die de implantaten te groot vindt. Een deel van de vrouwen geeft aan dat ze blij zijn, maar dat ze zelfs een maatje groter hadden willen uitkomen.

Een borstvergroting kan vanaf 18 jaar. 

Een borstvergroting kan tot 75 jaar.

Op verschillende manieren kun je erachter komen welke maat borsten voor jou geschikt is. Ten eerste kun je voor en na foto’s bekijken van vrouwen, die ook een borstvergroting hebben ondergaan, en jezelf daarmee vergelijken. Ten tweede kun je op het spreekuur “passen”. Daarvoor bestaan speciale pasprothesen, die je in je beha stopt. Zo kun je zien hoeveel “extra” er nodig is voor een goed resultaat. Ten derde bestaat er een 3d simulatie. Hiermee kun je met de computer nabootsen hoe je borsten eruit komen te zien met verschillende maten prothesen. 

De plastisch chirurg neemt jouw borst-maten op. Dat bepaalt mede wat er mogelijk is en ook wat er nodig is. 

De techniek van borstvergroting hangt af van jouw wensen en van de technische mogelijkheden. Afhankelijk van die twee factoren blijven er één of meerdere technieken over, waar je uit kunt kiezen. Samen met de plastisch chirurg bespreek je de voors en tegens van iedere techniek. Zo kun je de juiste keuze maken voor jouw situatie.

Je maakt kennis met de plastisch chirurg. Je bespreekt jouw wensen en ideeën over een borstvergroting. Tijdens het lichamelijk onderzoek meet de plastisch chirurg de maten van jouw borsten op. Er worden foto’s gemaakt (zonder jouw gezicht erop). Met pasprothesen kan worden bekeken hoeveel extra volume er gewenst is voor jouw ideale borsten. De plastisch chirurg legt je uit wat de mogelijkheden zijn, specifiek voor jouw situatie: het is maatwerk. Je krijgt uitleg over de operatie, risico’s en complicaties, en herstel na de operatie. Aan het eind van het consult krijg je nog een gesprek met de assistente van de plastisch chirurg. Zij maakt een prijsopgave, zodat je precies weet wat de operatie gaat kosten. Als je wilt, kun je meteen een operatie inplannen. In dat geval wordt er ook een gesprek ingepland met de anesthesist. Zo kan worden bekeken of je fit genoeg bent voor een operatie onder narcose.

Tussen de 95 en 98% van de vrouwen is tevreden met het resultaat na een borstvergroting.

Mamma is het Latijnse woord voor borst, augmentatie voor vergroting. Borst vergroting dus.

Alle operaties vinden plaats in het operatiecomplex te Hilversum. De eerste consulten kunnen plaatsvinden in Arnhem, Den Bosch, Hilversum en Utrecht. De eerste wondcontrole vindt meestal plaats in Hilversum en de eindcontrole na 3 tot 4 maanden vindt plaats op de locatie van het eerste consult.

Al onze plastisch chirurgen voeren elke week borstoperaties uit. Zij hebben allen 10 jaar of meer ervaring. Ook hebben ze allen in het ziekenhuis gewerkt, waar ze borstreconstructieve chirurgie uitvoerden.

Zij zijn lid van de twee belangrijkste beroepsverenigingen, de Nederlandse Vereniging voor Plastische Chirurgie (NVPC) en de Nederlandse Vereniging voor Esthetische Plastisch Chirurgie (NVEPC). Je kunt lezen over de ervaringen van anderen met onze plastisch chirurgen op Zorgkaart Nederland.

Dat hangt af van de operatietechniek. Je vindt hier al onze tarieven.

Vergoeding van de borstvergroting is soms mogelijk. Je moet dan voldoen aan 3 voorwaarden.

1. Leeftijd van 18 jaar of ouder.
2. Afwezige borst-onderplooi (ook wel inframammaire plooi genoemd). Als de borst-onderplooi mist, is er eigenlijk geen begin van de borst aan de onderkant. De aanwezigheid of afwezigheid van een borst-onderplooi onderzoekt de plastisch chirurg op het spreekuur.
3. Minder dan 1 cm dikte van het borstklierweefsel. Een echo-onderzoek is nodig om de dikte van het klierweefsel op te meten.

Voldoe je aan de 3 voorwaarden? Dan wordt de behandeling vergoed uit het basispakket.

Doe ook onze vergoedings-check.

De plastisch chirurg kan een aanvraag doen bij de verzekeraar. Daarvoor is wel een huisartsverwijzing nodig.

De kosten voor een consult zijn 50 euro. Deze kosten worden in mindering gebracht op de behandelprijs (zie hier) als je kiest voor een operatie. Als je wordt verwezen door de huisarts, dan is het eerste consult kosteloos. Je eigen risico wordt wel aangesproken.

Alleen als je verwezen bent door de huisarts, dan wordt het eigen risico van de zorgverzekering aangesproken (als dat in dit jaar nog niet gebeurd was). Het consult wordt dan wel volledig vergoed.

Nee. Als er in de eerste maanden na een operatie een complicatie optreedt, dan komen daarvoor geen extra kosten. Nazorg voor complicaties hoort bij de kosten, die je maakte voor de operatie.

Alleen bij een doorverwijzing naar het ziekenhuis, wat bij zeer zeldzame complicaties (zoals ernstige infectie) kan voorkomen, krijg je te maken met extra kosten, namelijk het eigen risico bij je zorgverzekering. Buiten het eigen risico zijn er geen extra kosten. In het ziekenhuis zal de zorg namelijk worden gedeclareerd bij de zorgverzekeraar. 

Een borstprothese kan op en achter de spier geplaatst worden. Beide technieken hebben hun eigen voordelen en nadelen. Lees er hier meer over. 

Op het spreekuur kan de plastisch chirurg je adviseren over de beste techniek voor jouw situatie. 

De keuze tussen ronde en anatomische borstprothesen hangt af van de gewenste cosmetische uitkomst, de anatomie van jouw borsten en de voorkeur van zowel jou als van de plastisch chirurg. Ronde implantaten geven een voller en geprojecteerd uiterlijk zonder kans op draaien van de prothese, terwijl anatomische implantaten een natuurlijkere vorm kunnen hebben maar een hoger risico op draaiproblemen hebben. Op het spreekuur helpt de plastisch chirurg bij het maken van de keuze. Lees hier meer over de verschillen tussen ronde en druppelvormige prothesen.

Projectie van de prothese is hoe ver deze naar voren staat / naar voren uitsteekt. Projectie is er van laag, tot medium, tot hoog. Afhankelijk van jouw borsten en jouw wensen kan er een keuze gemaakt worden, de plastisch chirurg helpt je daarbij op het spreekuur.

Het oppervlak van een prothese kan glad of ruw (getextureerd) zijn. En onder de getextureerde prothesen zijn er de microgetextureerde (fijne ruwing) en macrogetextureerde (grove ruwing) prothesen. De verschillen zitten hem vooral in beweeglijkheid en “feel” van de prothese en de kans op kapselvorming. Lees er hier meer over. 

Dat hangt af van jouw voorkeuren en van de voorkeuren van de plastisch chirurg. Er zijn verschillende merken op de markt, die alle hun eigen voordelen en nadelen hebben. Over het algemeen is veiligheid en betrouwbaarheid het belangrijkste in het maken van een keuze. Merken waar veel en lang ervaring mee is, hebben daarom de voorkeur. Lees hier meer over de verschillende merken.

Nee, daar is geen bewijs voor. Sommige mensen denken dat zoutwater-prothesen veiliger zijn. De buitenkant van deze prothesen is echter ook van siliconen gemaakt. Het lichaam herkent deze prothesen hetzelfde als bij prothesen waarvan ook de vulling van siliconen is. Lees hier meer over de verschillen.

Ja. Een prothese is geplaats in een ruimte (pocket) achter de borst (subglandulair) of achter de borstspier (dual plane). Deze ruimte is soms precies passend voor de prothese, maar soms is de pocket ruimer dan nodig. Soms ontstaat dit al tijdens de operatie, soms in de loop van het herstel in de weken na de operatie, soms pas maanden tot jaren erna. Heb je een ronde prothese? Dan maakt draaien niet uit voor het uiterlijk. Heb je een druppelvormige prothese? Dan kan draaien voor een abnormale of ongewenste borstvorm zorgen. In sommige gevallen is operatieve correctie dan de enige oplossing.

Dat ligt eraan. Als je erg slank bent of heel weinig borstweefsel hebt, dan is de prothese makkelijker te voelen dan wanneer je wat steviger bent of meer borstweefsel hebt. De positie van implantaat plaatsing is ook belangrijk. Zit de prothese achter de spier (dual plane / subpectoraal)? Dan is dat een extra weefsel-laag waardoor de prothese moeilijker te voelen is. Ook is een grotere prothese makkelijker voelbaar dan een kleinere prothese.

De plek waar de prothese meestal het makkelijkst te voelen is, is de onderkant van de borst. Daar zit meestal de minste “bedekking” van het eigen weefsel en kan de huid dun zijn.

Het litteken van een borstvergroting is een streep van ongeveer 5 cm lang, die zich op of net boven de onderplooi van de borst bevindt. Zo is het litteken het best verstopt. Het litteken zal de eerste paar maanden rood of paarsig van kleur zijn. Na een jaar is het bijna altijd een bleek lijntje geworden.

Vrijwel altijd worden oplosbare hechtingen gebruikt. Deze lossen vanzelf op.

Nee, bij een borstvergroting worden geen drains gebruikt. 

Kapselvorming is een verharding van het weefsel dat zich rondom de prothese bevindt. Het kan zorgen voor pijnklachten en/of vormverandering van de borst. Het kan een aanwijzing zijn dat het implantaat aan vervanging toe is. Lees er hier meer over.

Er is geen vastgestelde “levensduur” van een prothese. Gemiddeld gaan ze 8 tot 15 jaar mee. Belangrijk is dat je bij het optreden van veranderingen in een borst contact legt met je plastisch chirurg, zodat de prothesen kunnen worden gecontroleerd. Is er zwelling, pijn, vormverandering? Laat je dan nakijken.

Van garantie op een borstvergroting is geen sprake.

Wel hoort kosteloze nazorg bij een borstvergroting. In de praktijk betekent dit, dat als je binnen de eerste paar maanden na een borstvergroting een complicatie krijgt, dat deze dan kosteloos wordt verholpen.

Sommige fabrikanten bieden garantie op de prothesen. Dit wil zeggen, dat je kosteloos nieuwe prothesen kan krijgen als ze uiteindelijk kapot zouden gaan. De operatie om de oude prothesen te verwijderen en nieuwe te plaatsen brengt wel kosten met zich mee. De garantie zit dan alleen op de prothesen zelf. Meestal stellen fabrikanten nog aanvullende voorwaarden om van deze garantieregeling gebruik te kunnen maken. Een voorbeeld is dat hetzelfde merk prothesen moet worden teruggeplaatst. 

Nee. Er is geen relatie tussen het hebben van siliconen borstprothesen en borstkanker. Wel is er een relatie tussen borstprothesen en ALCL, een lymfekanker. Lees er hier mee over.

Ja. Wel kan de beoordeling van de röntgenfoto van de borsten lastiger zijn, vooral als de prothese subglandulair (achter de klier) geplaatst is. Is de prothese achter de borstspier (dual plane) geplaatst, dan is de beoordeling van de mammografie ongestoord. 

Lukt een mammografie niet, dan kan er altijd een echo of eventueel een MRI scan worden gemaakt.

Het is ontzettend belangrijk om op de hoogte te zijn van alle mogelijke risico’s en complicaties van een borstvergroting. Hoewel er verschillende soorten risico's en complicaties zijn, komen ze bijna allemaal slechts zelden voor. De meeste complicaties zijn onschuldig of goed te behandelen, maar enkele ervan zijn serieus of vereisen extra behandeling. Lees er hier meer over. Ga het gesprek aan met de plastisch chirurg om te horen hoe de risico’s zijn specifiek voor jouw situatie.

Siliconen en zoutwater prothesen, ronde en druppelvormige prothesen, lage en hoge projectie, gladde en ruwe prothesen, verschillende merken... Lees meer over de verschillende prothesen en alle kenmerken.

Er zijn de afgelopen tientallen jaren bij miljoenen vrouwen prothesen geplaatst. De langetermijn effect zijn daardoor goed bekend. De grote meerderheid van vrouwen ondervindt geen gezondheidsnadelen door prothesen. Wel geldt voor alle mensen met prothesen dat zij te maken krijgen met slijtage van het implantaat: het gaat niet levenslang mee. Prothesen worden gemiddeld genomen na 8 tot 15 jaar vervangen. 

Hoewel de meerderheid van vrouwen geen gezondheidsnadelen ondervindt, is er een minderheid van vrouwen die wel klachten kan krijgen van prothesen. De laatste jaren is er meer bekend geworden over 2 specifieke aandoeningen, BIA-ALCL en ASIA. Beide hebben te maken met de aanwezigheid van een implantaat in het lichaam, en een afweerreactie van het lichaam tegen het implantaat. De aandoeningen komen bij minder dan 1% van de vrouwen met borstprothesen voor, dus de kans is klein. Maar als je het krijgt, heeft het wel serieuze impact op je gezondheid. Lees daarom meer over BIA-ALCL en ASIA en bedenk of je dit risico kunt accepteren.

Voor betere borstvulling zijn er twee opties: prothese of lipofilling. Lipofilling is niet altijd een alternatief voor een prothese. Lipofilling geeft wel vulling, maar geeft geen stevigheid. Waar een prothese enige borstlift kan geven, kan lipofilling dit niet. Bespreek met de plastisch chirurg of lipofilling een alternatief voor prothese is in jouw situatie.

Gemiddeld 8 tot 15 jaar.

Ja, een prothese kan scheuren. De kans hierop is ongeveer 1% per jaar. In het geval dat een prothese scheurt, herken je dit meestal door ofwel een andere borstvorm ofwel een kapselverharding als reactie van het lichaam op de kapotte prothesen.

Zweten van een prothese wil zeggen dat er siliconendeeltjes loslaten van de prothese, zonder dat de prothese beschadigd is. Uit onderzoek blijkt dat alle siliconen prothesen (ook zoutwatergevulde prothesen; zij hebben een siliconen buitenkant) deeltjes loslaten. Deze siliconendeeltjes zijn met het blote oog niet te zien. De siliconendeeltjes kunnen ook buiten de borst gevonden worden.

Ook als je als baby op een speen hebt gezogen, of als je een keer een infuus hebt gekregen, bevinden er zich siliconendeeltjes in jouw lichaam.

Siliconen zijn niet giftig. Het hebben van siliconendeeltjes in het lichaam is ook het geval als je als baby op een speen hebt gezogen. Zeker in lage hoeveelheden kan dit geen kwaad. Zwetende prothesen – prothesen die microscopisch kleine siliconendeeltjes loslaten – geven bij de meerderheid van vrouwen geen klachten. 

Vrouwen met kapotte prothesen hebben vrijwel altijd een lokale reactie, het optreden van een kapsel. Dit is niet gevaarlijk, maar kan wel vervelend zijn; soms is behandeling met een nieuwe operatie nodig. Bij een kapotte prothese, kapselt het kapsel de prothese is. Het houdt dus alles bij elkaar. Dat is een nuttige reactie van het lichaam. 

Bij sommige vrouwen treden gezondheidsklachten op waarvan gedacht wordt dat ze een relatie hebben met siliconen (als ze zweten, of als de prothese kapot is). Dit wordt ASIA genoemd. Lees er hier meer over.

Tijdens de zwangerschap, groeien de borsten onder invloed van zwangerschapshormonen. Het verschilt per individu hoe de borsten er uitzien nadat de zwangerschap en eventuele borstvoeding achter de rug is. 

Ja, borstvoeding kan veilig met siliconen prothesen. Of borstvoeding lukt als je een prothese hebt, is niet zeker. In Nederland lukt het 30% van de vrouwen niet om borstvoeding te geven (ook zonder prothese). Als de prothese achter de spier geplaatst is (dual plane / subpectoraal), dan is er geen verstoring van de borstklier en de verbinding met de tepel. Borstvoeding zou dan in principe gewoon mogelijk moeten zijn. 

Ja. Het is een wettelijke verplichting om implantaten te registreren in een nationale database. Zo kan altijd worden nagekeken welk implantaat iemand op bepaald moment heeft gekregen. In Nederland is er hiervoor het DBIR (Dutch Breast Implant Registry).

BIA-ALCL is de afkorting voor Breast Impant Associated - Anaplastic Large Cell Lymphoma. Dit is een zeldzame vorm van het Non Hodgkin lymfoom (lymfeklier kanker). Dit lymfoom komt normaalgesproken voor bij ongeveer 1:500.000 vrouwen per jaar. Het kan zich overal in het lichaam bevinden, waaronder in de borst. Vrouwen met borstimplantaten hebben echter een verhoogd risico op ALCL ten opzichte van vrouwen zonder borstimplantaten. De kans dat vrouwen met borstimplantaten ergens in het leven ALCL krijgen blijft alsnog erg klein. Tegen de tijd dat een vrouw met een borstimplantaat 50 jaar is geworden, is de kans dat zij deze ziekte heeft gekregen ongeveer 1 op 35.000. Dat wordt 1 op 7.000 tegen de tijd dat zij 75 jaar is. BIA-ALCL lijkt vaker voor te komen bij implantaten met een grove ruwing, zogenaamde macro-getextureerde implantaten. Toch komt BIA-ALCL bij alle typen implantaten voor, dus ook bij implantaten met minder ruwe of gladde oppervlaktes en bij polyurethaan-gecoate implantaten. 

Het is nog niet bekend waarom enkele vrouwen het BIA-ALCL krijgen, terwijl de grote meerderheid van vrouwen met borstprothesen dit niet krijgt. Daar wordt veel onderzoek naar gedaan. BIA-ALCL is te herkennen aan het relatief snel groter worden van een borst met een borstimplantaat of het krijgen van een knobbel in de borst met een borstimplantaat. De meerderheid van vrouwen, die BIA-ALCL krijgt, is goed te behandelen.

ASIA is de afkorting van Autoimmune Syndrome Induced by Adjuvants. Dit betekent vrij vertaald dat het lichaam een afweerreactie oproept tegen een lichaamsvreemd materiaal. Een voorbeeld daarvan is een reactie van het lichaam op ingebrachte siliconen. Uit onderzoek blijkt dat een klein aantal vrouwen met siliconen borstimplantaten klachten heeft van vermoeidheid, gewrichtspijnen of concentratieproblemen. Deze klachten kunnen lijken op de klachten bij bekende ziekten van het immuunsysteem, zoals systemische lupus erythematodes, reumatoïde artritis, sclerodermie en andere artritisachtige ziektebeelden. Er is geen wetenschappelijk bewijs gevonden dat vrouwen met borstimplantaten een verhoogd risico op deze ziekten hebben. Deze ziekten lijken niet vaker voor te komen bij vrouwen met implantaten dan bij vrouwen zonder implantaten. Er is een schatting dat ongeveer 1 op de 1000 vrouwen met prothesen klachten van ASIA krijgt. Als je deze klachten hebt, is het verwijderen van de implantaten een overweging. Ongeveer de helft van de vrouwen knapt erna op, maar de andere helft niet. Het is de vraag of er dan een andere oorzaak voor de klachten is dan de prothese.

Lipofilling is letterlijk vertaald: vullen met vet. Bij lipofilling wordt lichaamseigen vet verplaatst van de ene plek van het lichaam naar een andere plek. Het is dus een vet-transplantatie binnen 1 persoon. 

Lipofilling van de borsten is de meest voorkomende operatie van lipofilling.

Per operatie is maximaal 1 cupmaat aan vergroting mogelijk. Soms zijn daarom meerdere operaties aan lipofilling nodig om tot een bepaalde borstvergroting te komen.

Levenslang. 

Het is belangrijk om te weten dat je na ongeveer 3 tot 4 maanden weet wat het resultaat is van een lipofilling operatie. Direct na een operatie ziet de borst er fors gevuld uit. In de eerste 3-4 maanden na de operatie zal een deel van het getransplanteerde vet verloren gaan. Niet al het getransplanteerde vet “pakt” of “groeit in”. Na 3-4 maanden is er sprake van een eindsituatie. 

Als je naderhand aankomt of afvalt, dan beweegt je borst in dezelfde richting mee. Het gedraagt zich als je eigen vetweefsel, dus kom je in gewicht aan, dan groeit ook de borst een stukje mee. Hetzelfde geldt omgekeerd voor het afvallen. Val je af in gewicht, dan “valt ook de borst af”.

Ja. Het is een veilige behandeling. Uiteraard is geen enkele operatie zonder risico’s of complicaties, leer er hier meer over.

De risico’s en complicaties van lipofilling zijn hier te bekijken. 

De littekens van lipofilling zijn erg beperkt. Bij de borsten zijn er alleen enkele puntjes van littekensweefsel, het vet wordt via 2 mm prikgaatjes ingebracht. Ter plaatse van de liposuctie om het vet te oogsten, zijn er iets grotere steekgaatjes nodig, 5-8 mm. De littekens zijn meestal 3-9 maanden paars of donker van kleur, en vervagen uiteindelijke tot bleke streepjes.

Nee, lipofilling verhoogt de kans op borstkanker niet.

Nee, lipofilling kan alleen opvullen, maar niet liften. Lipofilling kan wel plaatsvinden in combinatie met een borstlift.

Nee, lipofilling geeft een zachte vulling, maar geen versteviging. Is stevigheid gewenst, dan kan lipofilling gecombineerd worden met een prothese. Dit wordt een hybride borstvergroting genoemd.

Dat kan van elke plek komen waar er wat overtollig vet aanwezig is. Veel gekozen gebieden zijn buik, love handles, en dijbeen.

Een nadeel is dat er per operatie maximaal 1 cupmaat vergroting mogelijk is, en dat het resultaat minder goed voorspelbaar is dan bij het gebruik van een prothese. Dat laatste komt doordat niet al het getransplanteerde vet zal overleven. Gemiddeld overleeft zo’n 60 tot 70%, maar dat kan per persoon variëren. Een ander mogelijk nadeel heeft te maken met de plekken waar het vet vandaan wordt gehaald met liposuctie. Zeker bij slanke vrouwen is er het risico op deukjes of intrekkingen op de plaats van liposuctie.

Een hybride borstvergroting combineert in één operatie 2 operatietechnieken, namelijk een siliconen prothesen én lipofilling.

Je combineert daarmee de voordelen van een prothese (stevigheid, voorspelbaar resultaat wat betreft vergroting) en de voordelen van lichaamseigen vet (zachte laag, natuurlijk gevoel en uiterlijk). Lees er hier meer over!

Bij een borstlift worden de verhoudingen van de borst weer hersteld. Meestal is het een combinatie van:

• verwijderen van overtollige huid
• verkleining van de opgerekte tepelhof
• lift van het borstweefsel, zodat het hoger op de borstkas komt te staan
• compacter maken van de borst, zodat het steviger wordt dan het was

Grofweg zijn er drie technieken.

1. Benelli. Hierbij is er alleen een litteken rondom de tepelhof. Deze techniek is geschikt voor vrouwen met beperkte hang van de borst.
2. Anker / Wise-patroon / inverted T. Hierbij komt er een litteken van een omgekeerde T, in combinatie met een litteken rondom de tepelhof. Deze techniek is geschikt voor vrouwen met matige tot ernstige hang van de borst en opgerekte huid.
3. Vertical scar. Hierbij is er een litteken rondom de tepelhof en een verticale streep vanaf de tepel naar beneden. Het heeft de vorm van een lolly. Deze techniek is geschikt voor beperkte hang van de borst.

Soms kan ook een borstvergroting met een grote prothese genoeg lift van borstweefsel geven.

De bovenstaande technieken van borstlift kunnen ook gecombineerd worden met het plaatsen van een prothese of met lipofilling.

Aan de hand van jouw wensen en de afmetingen van jouw borst kom je met de plastisch chirurg tot de juiste keuze voor jouw situatie.

Je kiest voor een borstvergroting als er geen rek of hang in de borst is. Een borstlift is alleen nodig als de huid van de borst is opgerekt en borst is gaan hangen. Toch kiest niet iedereen met een hangende borst voor een borstlift. De keuze hangt af van 2 factoren:

1. Hoe belangrijk vind jij dat de hang van de borst gecorrigeerd wordt? En hoe goed of hoe slecht kun je de uitgebreidere littekens van een borstlift accepteren?
2. Hoe erg is de oprekking en uitzakking van het borstweefsel? Als deze erg uitgebreid is, dan kan het uitvoeren van alleen een borstvergroting voor een tegenvallend resultaat zorgen. Hoe uitgebreidheid de hang en rek van de borst is, kan de plastisch chirurg goed opmeten tijdens het consult.

Beide factoren samen bepalen welke keuze jij met de plastisch chirurg maakt. 

Soms kiest iemand bewust voor zo min mogelijk litteken, zoals bij een borstvergroting, waarbij er alleen een 5 cm streepje achterblijft op de onderplooi van de borst. Ook als de vrouw in kwestie weet dat er nog wel wat hang en rek in het borstweefsel zal blijven zitten. In zo’n geval ziet iemand de uitgebreidere littekens van een borstlift niet zitten, en is voor deze persoon blijvende hang van de borst acceptabel. De borstvergroting zorgt dan voor een duidelijke verbetering, maar lost de hang van de borst niet geheel op.

In andere gevallen wil iemand de kans op gevoelsvermindering in de tepel zo klein mogelijk houden, en wordt daarom voor een borstvergroting gekozen in plaats van een borstlift (waarbij namelijk het risico op gevoelsvermindering groter is). Ook dan zal de persoon in kwestie resterende borst-hang moeten kunnen accepteren.

In andere gevallen is voor iemand een compactere borst hét doel van de operatie, en zijn daarvoor alle littekens – die altijd binnen de beha en bikini verborgen zijn – acceptabel.

Bij een prothesewissel worden de bestaande borstprothesen vervangen door nieuwe. De nieuwe maat kan kleiner, hetzelfde of groter zijn. Dit hangt af van jouw wensen. In de meeste gevallen wordt gekozen voor een iets grotere maat, omdat in de loop van de tijd de borsthuid wat is opgerekt en de borst iets is gaan hangen. Een grotere prothese vult de ruimte in de borst dan beter op, en kan de borst een stukje doen liften.

Ja, dat kan, als dat nodig is. Soms kan ook het kiezen van een grotere prothese de oplossing zijn. Daarmee kunnen dan de littekens van een borstlift voorkomen worden.

Meestal niet. Alleen als er sprake is van ernstige kapselvorming (graad 4, met pijn en vervorming van de borst; lees er hier meer over) of als de prothese defect is, wordt het verwijderen van het kapsel en de oude prothese vergoed. Het plaatsen van een nieuwe prothese komt dan wel voor eigen kosten.

Indien de prothese in eerste instantie werd geplaatst vanwege een borstkankerbehandeling, dan is vergoeding van een nieuwe operatie meestal wel mogelijk.

• Borstvergroting met prothese: dagopname (4 uur na de operatie mag je naar huis)
• Borstvergroting met lipofilling: dagopname (4 uur na de operatie mag je naar huis)
• Hybride borstvergroting: dagopname (4 uur na de operatie mag je naar huis)
• Prothesewissel: dagopname (4 uur na de operatie mag je naar huis)
• Prothesewissel + verwijderen kapsel: dagopname of 1 overnachting
• Borstlift (met of zonder lipofilling of prothese): dagopname of 1 overnachting

Het belangrijkste is om de ondersteunende beha te dragen (tenminste 2 weken dag en nacht, erna nog tenminste 2 weken overdag) en om overbelasting te voorkomen (geen fysiek zware belasting gedurende 6 weken). Uitzondering: bij lipofilling is geen beha nodig.

Niet roken, gezond eten, genoeg rusten.

De eerste twee weken gelden de volgende adviezen:

Bij ieder type borstoperatie mag je 2 weken niet werken en sporten, om zo volledige rust en aandacht voor je herstel te hebben. Een uitzondering zijn computerwerkzaamheden, deze zouden als het nodig is direct na de operatie mogen. Het is het advies om dit niet te doen, vermoeidheid en verminderd concentratievermogen passen bij herstel uit een narcose. Na twee weken kunnen kantoor- en computerwerkzaamheden onbeperkt plaatsvinden. Een tweede uitzondering zijn korte wandelingen, van 5 tot 10 minuten, deze zijn toegestaan vanaf enkele dagen na de operatie.

Na twee weken gelden de volgende adviezen:

Borstvergroting met prothese. In week 3, 4, 5 en 6: bewegen met de armen mag onbeperkt, maar het belasten van het bovenlijf en armen met meer dan 1,5 kg gewicht of kracht mag niet. Dus niet zwaar tillen, stofzuigen, schoonmaken, sporten. Uitzondering: wandelen en stadsfietsen mag vanaf de derde week na de operatie weer. Vanaf 6 weken na de operatie kun je ieder type werk en sport onbeperkt doen, het bovenlijf mag maximaal belast worden. 

Borstvergroting met lipofilling. In week 3, 4, 5 en 6: bewegen met de armen mag onbeperkt. Licht tillen (tot 5 kilo) en sporten met je onderlijf (wandelen, fietsen, lichte squats) zijn toegestaan. Lichte schoonmaakwerkzaamheden mogen ook. Rennen mag niet. Bedenk je bij alle activiteiten dat je vooral geen druk van buitenaf op je borsten mag hebben, dat werkt de ingroei van het getransplanteerde vet tegen. Vanaf 6 weken na de operatie kun je ieder type werk en sport onbeperkt doen.

Hybride borstvergroting. In week 3, 4, 5 en 6: bewegen met de armen mag onbeperkt, maar het belasten van het bovenlijf en armen met meer dan 1,5 kg gewicht of kracht mag niet. Dus niet zwaar tillen, stofzuigen, schoonmaken, sporten. Uitzondering: wandelen en stadsfietsen mag vanaf de derde week na de operatie weer. Vanaf 6 weken na de operatie kun je ieder type werk en sport onbeperkt doen, het bovenlijf mag maximaal belast worden.

Borstlift (met of zonder lipofilling of prothese). In week 3, 4, 5 en 6: bewegen met de armen mag onbeperkt, maar het belasten van het bovenlijf en armen met meer dan 1,5 kg gewicht of kracht mag niet. Dus niet zwaar tillen, stofzuigen, schoonmaken, sporten. Uitzondering: wandelen en stadsfietsen mag vanaf de derde week na de operatie weer. Vanaf 6 weken na de operatie kun je ieder type werk en sport onbeperkt doen, het bovenlijf mag maximaal belast worden.

Prothesewissel (met of zonder verwijderen kapsel). In week 3, 4, 5 en 6: bewegen met de armen mag onbeperkt, maar het belasten van het bovenlijf en armen met meer dan 1,5 kg gewicht of kracht mag niet. Dus niet zwaar tillen, stofzuigen, schoonmaken, sporten. Uitzondering: wandelen en stadsfietsen mag vanaf de derde week na de operatie weer. Vanaf 6 weken na de operatie kun je ieder type werk en sport onbeperkt doen, het bovenlijf mag maximaal belast worden.

Bij elk type borstoperatie mag dit na 2 weken weer.

Bij lipofilling van de borsten niet, je wilt dan geen enkele druk van buitenaf op de borsten. Een nauwsluitend hemdje mag wel.

Bij alle andere typen borstoperaties, zoals borstlift, prothesewissel, of vergroting met prothese, dien je een sportbeha (zonder beugel) te dragen. Tenminste 2 weken dag en nacht, erna tenminste nog 2 weken overdag. Langer dan dat mag zeker en doen de meeste vrouwen. Het geeft een prettig ondersteund gevoel.

Je kunt het beste wachten tot tenminste 3 maanden na de operatie. Na een borstcorrectie moet de borst zich nog vormen en zich zetten. De eerste paar maanden na de operatie zit er nog vocht (oedeem) in de borsten en is de definitieve vorm nog niet bereikt.

Nee, koelen is niet nodig bij een borstoperatie. Bij lipofilling van de borsten raden we koelen zelfs af. Mogelijk werkt dit de ingroei van het vetweefsel tegen.

Je mag direct na de operatie tillen tot 1,5 kg. Zwaarder dan dat is de eerste twee weken niet toegestaan. Na 2 weken kun je het tillen uitbreiden. Na 6 weken zijn er geen beperkingen meer.

Meteen na de operatie. Je mag met je armen recht naar voren en recht naar opzij bewegen, maar niet boven het niveau van je schouders. Vanaf de 3e week na de operatie kun je dat uitbreiden. 

Je haar wassen of je tandenpoetsen kan ook meteen na de operatie. Als je dan je ellebogen tegen je zij houdt, komt er geen spanning op de borstwonden. 

De dag na de operatie is douchen toegestaan. Eventuele pleisters (steristrips) mogen nat worden en blijven dan alsnog goed zitten. In bad mag 4 weken niet, dan zouden de wonden week kunnen worden.

Tenminste 4 weken niet, dan zouden de wonden week kunnen worden. Bij normale genezing mag het na 4 weken. Is de wond nog niet goed genezen, of zijn er nog korstjes, wacht dan tot tenminste 6 weken na de operatie.

Meestal wordt de eerste controle na de operatie na 1 week gepland. In ieder geval is er een controle na 2 weken, waarbij eventuele hechtingknoopjes worden weggeknipt. De eerste twee controles doet de wondverpleegkundige. 

Vaak vindt na 3 tot 4 maanden een eindcontrole plaats, om samen met de plastisch chirurg het eindresultaat te beoordelen.

Na 3 tot 4 maanden is een groot deel van de genezing geweest. Meestal kan dan goed worden ingeschat hoe de operatie is uitgepakt. Vandaar dat na 3 tot 4 maanden een eindcontrole gepland wordt met de plastisch chirurg, zodat jullie samen het eindresultaat kunnen beoordelen. Het is goed om te beseffen dat de littekengenezing minimaal 1 jaar duurt. Ook de definitieve borstvorm wordt na ongeveer 1 jaar bereikt. Zeker de eerste paar maanden kan een borst nog wat “plat” ogen aan de onderkant, of wat “hoog” op de borstkas.

Dat verschilt per persoon en per operatie.

Bij een borstvergroting met lipofilling is geen gevoelsverandering te verwachten, het gevoel blijft dus normaal.

Bij een borstvergroting met een prothese, of bij een prothesewissel, is er een kleine kans op vermindering van gevoel, maar bij de meeste vrouwen blijft het gevoel hetzelfde.

Bij een borstlift is er een grote kans op gevoelsverandering. Ongeveer 75% van de vrouwen heeft minder tot geen gevoel meer in de tepels na een borstlift.

Bij een operatie met lipofilling is roken verboden, tenminste vanaf 6 weken voor de operatie tot 6 weken na de operatie. Roken houdt de ingroei van vet tegen, waardoor lipofilling niet of naar gedeeltelijk zal slagen.

Bij alle andere borstoperaties geldt hetzelfde advies: niet roken vanaf 6 weken voor tot 6 weken na de operatie.

Bij een borstvergroting met lipofilling of een prothese blijft het vrijwel altijd mogelijk om nog borstvoeding te geven. Er wordt niet gesneden in het gebied van de tepel of borstklier, waardoor de anatomie normaal blijft. Borstvoeding zou dus gewoon moeten kunnen (hoewel het in Nederland bij ongeveer 30% van de vrouwen, ook zonder een operatie, niet lukt om borstvoeding te geven).

Na een borstlift is de kans op succesvolle borstvoeding een stuk kleiner, het lukt na een borstlift nog ongeveer 1/3e van de vrouwen om borstvoeding te geven.

Het eindresultaat van lipofilling gaat levenslang mee. Het verandert wel mee met je lichaamsgewicht. Kom je aan, dan komen de borsten ook aan. Val je af, dan vallen ook de borsten af. Let op, het eindresultaat van lipofilling is pas 3 tot 4 maanden na de operatie bereikt. De eerste paar maanden na lipofilling van de borsten zal er nog een deel van het vet verloren gaan. 

Het resultaat van een borstvergroting of borstlift met prothese gaat zo lang mee als de prothese goed blijft. Gemiddeld moet een prothese na 8 tot 15 jaar worden vervangen. Gewichtsschommelingen of zwangerschap kan ervoor zorgen dat het resultaat van de borstvergroting eerder verandert.

Het resultaat van een borstlift gaat levenslang mee, al kunnen gewichtsschommelingen het resultaat beïnvloeden. 

De littekens van een borstvergroting met lipofilling zijn erg beperkt. Bij de borsten komen er alleen enkele puntjes van littekenweefsel, het vet wordt via 2 mm prikgaatjes ingebracht. Ter plaatse van de liposuctie om het vet te oogsten, zijn er iets grotere steekgaatjes nodig, en komen er littekentjes van 5-8 mm. De littekens zijn meestal 3-9 maanden paars of donker van kleur, en vervagen uiteindelijke tot bleke streepjes.

Het litteken van een borstvergroting met prothese is een streep van ongeveer 5 cm lang, die zich op of net boven de onderplooi van de borst bevindt. Zo is het litteken het best verstopt. Het litteken zal de eerste paar maanden rood of paarsig van kleur zijn. Na een jaar is het bijna altijd een bleek lijntje geworden.

Het litteken van een borstlift hangt af van de uitgebreidheid van de lift. Soms is er alleen een litteken nodig rondom de tepelhof, soms is er een litteken in de vorm van een lolly, en soms van een omgekeerde T (anker-litteken)

Het duurt tenminste een jaar totdat de littekens volledig genezen zijn. Soms kan het 1,5 tot 2 jaar duren.

De eerste twee weken na de operatie doe je niets op de littekens. Ze zijn dan nog te kwetsbaar.

In week 3 tot en met 6 na de operatie (en pas vanaf dat er geen korstjes meer zijn) breng je twee keer per dag voorzichtig een laagje littekenzalf, creme, olie of vaseline aan op de littekens. De littekens zijn nog broos, dus diep masseren heeft het risico dat de wond opengaat.

Na 6 weken mag je de littekens stevig gaan masseren.

Er is geen duidelijke voorkeur voor een bepaalde zalf of creme. Het gaat erom dat de littekens niet uitdrogen en goed gevoed worden. Vanaf 6 weken is ook het soepel masseren van belang. Er is geen wetenschappelijk bewijs dat de ene zalf of creme beter is dan de andere. Wanneer littekens "uit de hand lopen", zoals bij littekenhypertrofie, adviseren wij het gebruik van siliconenpleisters.

Ja, soms.

• Keloid betekent dat het litteken zelfs uitbreidt buiten de plek van de wonden. Keloid is erg zeldzaam.
• Een hypertrofisch litteken is een litteken dat abnormaal verdikt, maar wel op de plaats van de wonden blijft. Dit komt bij ongeveer 5% van de mensen voor. Het heeft vooral te maken met het huidtype van een persoon. Bij een hypertrofisch litteken kan het gebruik van siliconengel of siliconenpleisters worden overwogen. Voor jeukende littekens kan een injectie in het litteken met een corticosteroid te overwegen zijn.